Fokkerij Hond

Koppelen

-Koppelen
Als je een reu uit gaat zoeken voor je teef kun je op drie belangrijke eigenschappen van de reu letten: gezondheid, karakter en uiterlijke verschijning.
Bij gezondheid wordt niet alleen gelet op het niet-ziek zijn van de reu, maar ook op onzichtbare gebreken.
Voor informatie over het karakter van de reu kun je informatie krijgen van de eigenaar. Let zelf ook goed op het karakter als je de hond ziet.

Dracht

De dracht van een hond duur gemiddeld 63 dagen. Bij grote nestjes korter dan bij kleine nestjes.
De moederhond moet voor en na de bevalling zoveel mogelijk verzorgd worden door dezelfde persoon. De hond zal deze persoon dan ook vertrouwen als de pups er zijn.
Tijdens de dracht zal de teef al waakser en alerter worden. Het is verstandig om mensen die niet bij de teef hoeven te zijn, er weg te houden in verband met infecties.
Het is niet nodig om de teef extra te voeren in de eerste 7 weken van de dracht. Later kun je haar pupbrokken geven.

Geboorte

De geboorte is ingedeeld in drie fasen: de voorbereidingsfase, de ontsluitingsfase en de uitdrijvingsfase.
In de voorbereidingsfase bereidt de teef zelf de komst van haar pups voor.
In de ontsluitingsfase krijgt de teef weeën. Deze beginnen 12 tot 24 uur voordat de pups geboren worden. Als de weeen beginnen daalt de lichaamstemperatuur 1 à 2 graden.
Vlak voor de uitdrijvingsfase begint, zal de ademhaling sneller gaan en kan de teef ook gaan braken. Wanneer de teef mee gaat persen met de weeen, begint de uitdrijvingsfase. Tijdens een wee zal de teef meerdere malen persen.

Zorg voor de jongen

De teef zal haar pups goed bewaken. Ze zal de pups ook liever niet alleen laten. Zelfs niet om even haar behoefte te doen.

Wanneer de moeder er niet meer is om de pups warm te houden kan het makkelijkst gebruik gemaakt worden van een warmtelamp. Deze moet op een veilige hoogte opgehangen worden. Zorg er goed voor dat de pups niet bij de bedrading kunnen komen.

De moederhond likt de pups regelmatig aan de lichaamsopeningen. Dit zorgt ervoor dat de productie van hoopjes en urine op gang komt. Nu de moederhond er niet meer is, zul je dat zelf moeten doen. Je kunt dit het beste doen door met een gaastampon de anus en de plassertjes te bestrijken. Normaal gesproken zou de moederhond het hoopje en het plasje consumeren. Het is dus belangrijk dat dit opgeruimd wordt.
Ook de borstjes en buikjes moeten gemasseerd worden. Dit alles gebeurd vele malen per dag.