Gedrag Secretarisvogel

Basis gedrag

Wanneer men de vogel ziet staan valt op dat zijn nek eigenlijk maar kort is in verhouding tot zijn lange poten. Dat heeft als gevolg dat hij niet makkelijk iets met zijn bek van de grond kan oppakken. De vogel moet dus bukken of zelfs door zijn poten zakken. Niet erg handig wanneer een bliksemsnelle slang de prooi is. Secretarisvogels passen daarom een nieuwe jachttechniek toe. Secretarissen hebben niet het geduld om te wachten totdat een prooi voorbij komt en stappen met hun lange, sterke poten dwars door het gras om alle aanwezige dieren op te jagen. Per dag kunnen ze zo’n 20 kilometer jaagwandelen. Wanneer een secretarisvogel een prooidier ziet dan gaat deze er met grote snelheid achteraan en probeert het slachtoffer vervolgens met goedgemikte trappen van zijn oersterke poten te doden.
Secretarisvogels zijn territoriaal. Ze leven altijd in paren. Binnen het territorium zijn de vogels altijd samen te vinden. Tijdens de nestperiode is er maar 1 van het stel te vinden welke voor allebei jaagt.
Onderling contact houden ze door het maken van typische diepkrassende geluiden.

Groepsveranderingen

Wanneer een verandering in de groep moet optreden, dient men het dier eerst te introduceren bij de bestaande groep. Wanneer de nieuweling is losgelaten dient men goed te observeren. Er kan dan snel genoeg gezien worden of het dier geaccepteerd wordt af wordt afgewezen door agressiviteit van de anderen.

Delen met andere diersoorten

Doordat de secretarisvogel ook weleens een bodemvogel verorbert kunnen in het verblijf van de secretarisvogel alleen maar grotere Afrikaanse vogelsoorten gekozen worden als gezelschap. Men kan de secretarisvogel samen met hamerkoppen, van der Deckentokken (een kleine neushoornvogelsoort) en toerako’s in een verblijf houden.