Daarnaast vond de opening van het nieuwe zuidoost-Aziatische continent plaats dat nu openstaat voor het grote publiek.
In 1956 kocht de Koninklijke Maatschappij voor Dierkunde van Antwerpen het landgoed Planckendael. Het dierenpark had toentertijd een kleine verzameling kuddedieren, voornamelijk herten, paarden en runderen, die ruimte hadden om in grote groepen samen te leven.
Later volgde een uitbreiding van het park tot de huidige 42 hectare. Planckendael kiest voor meer dieren van minder soorten. Zo lopen er bizons, kamelen, elanden, antilopen en kraanvogels rond.
Planckendael is uitgebouwd tot een dierentuin met ongeveer 700.000 bezoekers per jaar. Naast exotische dieren zoals de Indische neushoorn, het sneeuwluipaard, de Chinese kraanvogel, de koala en de bonobo, zijn er ook inheemse, bedreigde diersoorten gehuisvest.. Planckendael heeft een continentale indeling. Dieren die in de natuur in dezelfde regio voorkomen, zijn ook in het dierenpark in de buurt van elkaar te vinden.
Met de realisatie in 2006 van het nieuwe zuidoost-Azië gebied, investeert Planckendael een bedrag van 9,6 miljoen waarvan 6 miljoen is gesubsidieerd door Toerisme Vlaanderen en de Vlaamse Gemeenschap.
Planckendael
10oktober2006
Dierenpark Planckendael viert dit jaar zijn vijftigste verjaardag. Ook de dieren dragen hun steentje bij want dit feestjaar is opgefleurd met de geboorte van twee bonobos én een veulen bij de bedreigde Grévy-zebra's.
