Huisvesting Grijze Roodstaartpapegaai

Omheining

Bij de huisvesting dient rekening gehouden te worden met de grote knaaglust van grijze roodstaartpapegaaien. Het verdient dan ook aanbeveling een onderkomen te bouwen die tegen de knaaglust van de vogels bestand is. In de praktijk betekent dit een gemetseld nachthok en een binnen- of buitenvoliáre die opgetrokken is uit metaal (bijvoorbeeld ijzer of aluminium). Verder dient het gaas bestand te zijn tegen de knaag- en bijtkracht van de vogels (bijvoorbeeld gaas met een dikte van 2.45 mm en een maaswijdte van 25.4 x 25.4 mm.).

Vloer

Onderin de nestkast kan een laag van 10 á 15 cm. zaagmeel aangebracht worden.

Onderhoud

1x Per week dient men de kooi schoon te maken. Iedere dag moet voer en water worden ververst.

Omgeving

De voliere dient op een droge, tocht- en vorstvrije plaatst te staan.
Nooit bij een kachel of verwarming. Door de temperatuurverschillen kan een papegaai onnodig in de rui gaan.
Nooit in het volle zonlicht. Ofschoon de papegaaien oorspronkelijk uit een heet klimaat komen, brengen ze veel tijd in de schaduw door en ze zullen er nadeel van ondervinden als ze niet uit de zon kunnen. Ideaal is, als de kooi een afgeschermd gedeelte heeft, zodat de papegaai zelf kan beslissen of hij van de zon wil genieten of van de schaduw.

Maten

Indien de vogels binnen gehuisvest worden dient een kweekstel minimaal de beschikking te hebben over een '(binnen)voliere' van 2 meter lang, 1 meter diep en 2 meter hoog. Dezelfde maten kunnen aangehouden worden voor een buitenvoliáre (exclusief vorstvrij nachthok!).
De nestkast dient een doorsnede te hebben van ongeveer 30 cm., een hoogte van 60 cm. en een invlieggat van ca. 10 cm. Er zijn echter ook kwekers die grotere nestkasten verstrekken, bijvoorbeeld een binnendiameter van 40 cm., hoogte van 70 cm. en een invlieggat van 15 cm.